Gunung Papandayan

26 juli 2016 - Garut, Indonesië

Dag 12: Gunung Papandayan

Indonesië is het land van bergen en vulkanen en vandaag haalt Bhakti ons om 9 uur op en rijdt ons door het afwisselende land naar een vulkaanberg. Onderweg is hij nog wat slaperig en om wakker te worden stopt hij bij een eettentje en bestelt hij wat tofu hapjes. Moeten wij ook proberen en keuren; het zit er heerlijk uit, is in een mooi mandje verpakt en smaakt goed. Hij is er zichtbaar van opgeknapt en rijdt ons naar de parkeerplaats van de Gunung  (berg) Papandayan. Hij heeft ook een gids geregeld en die arriveert samen met zijn broer op de brommer. De ene broer neemt twee ouders met twee kinderen uit Nederland en de andere broer neemt ons mee. We starten op 2.000 m hoogte en we gaan al snel van de begaande weg af en nemen het onbegaanbare pad dat vol rotsblokken en waterstroompjes bezaaid is. Dus moeten we klauteren en al snel komen we bij warm water aan en even verderop zien we actieve geisers die hun stoom volop  stoom uitblazen. Dat doen wij ook geregeld want de weg is lastig. M wordt gecoacht door K en ondersteunt door de gids en dat scheelt natuurlijk. We zien water koken (!) en nog meer geisers spuiten de stoom eruit. We ruiken de zwavel en het stinkt naar rotte eieren.   'Gezonde lucht', zegt de gids, 'foto maken?' Wij lopen liever even door het mooie maanlandschap. We zien water in verschillende kleuren, blauw, groen en zelfs zwart. Bij een meertje komen we de Nederlanders tegen, echtpaar met twee kinderen van 15 en 13 jaar en praten we over de tocht en de vakantie op Java. De broers steken een sigaretje op. Mooi uitzicht en de broeders gids vertellen dat we nu op 2.300 m hoogte zitten en niet hoger gaan, we gaan alleen nog dalen. Dat is altijd lastiger en M kijkt naar de lange weg die nog afgelegd moet worden. We klauteren naar beneden en steken weer wat stroompjes over en M zegt dat het niet haar hobby is om zo te lopen. Ze zegt: ‘Als je in de jungle gelopen hebt dan kun je dit ook’. We komen een man tegen met een groepje, en dat blijkt de vader van de gidsen te zijn en die werkt hier ook. K maakt een grapje en zegt dat we zo dadelijk ook de rest van de familie wel tegen zullen komen. ‘Ja dat klopt’, zegt de gids, ‘want onze moeder heeft een toko op de parkeerplaats en daar gaan we koffie en thee drinken. Eerst gaan we nog even de edelweiss bekijken’. Die groeit vlakbij en daarna gaan we lekker in de schaduw uitrusten met een bakkie leut en de moeder brengt allerlei hapjes die we met smaak verorberen (gebakken pisang, tempeh, enzovoort).

Op de terugweg laat Bhakti ons nog even de tabaksplant zien en ook de cacaoboom moeten we bekijken. Er zijn continu allerlei rijkdommen aanwezig in dit land.

Moe van S vertelde ons dat wij naar de muziektent in Garut moeten gaan. Weet jij waar die is Bhakti? Bhakti kent veel in Garut maar hij kent geen muziektent. In de lounge van het hotel hebben we een schilderij  met een muziektent erop gespot en een foto genomen;  die gaan we maar zoeken. We komen ergens in het centrum bij een regeringsgebouw aan en zien een muziektent, die moet het zijn roepen we want het is een Hollands model. We lopen erheen en schieten onze foto’s. Dan komen er groepjes jongeren die allemaal met ons op de foto willen. 'Dat zijn jullie fans' zegt Bhakti. 'Dat zijn er meer in Indonesië dan in jullie Nederlandse reisblog…'
Terug bij het hotel duiken we lekker het zwembad in.
 

Foto’s

2 Reacties

  1. Gerrit:
    30 juli 2016
    Nou, wij zijn ook fan jullie met die mooie verhalen!
  2. AchtiY.Schreiber:
    31 juli 2016
    Het is zondagavond en we genieten van jullie verhalen om jaloers van te worden. Van harte gegund. Een reis om nooit te vergeten.
    heit en moe.